Ver weg van zijn nerveuze, overbezorgde moeder brengt Loris eindeloze zomers door bij zijn grootvader, in een oud huis op het platteland. Daar kan hij zich vrij bewegen, omringd door de boeken die hem troost bieden. Van zijn opa leert hij postduiven houden – vogels die altijd terugkeren, hoe ver ... Meer
Ver weg van zijn nerveuze, overbezorgde moeder brengt Loris eindeloze zomers door bij zijn grootvader, in een oud huis op het platteland. Daar kan hij zich vrij bewegen, omringd door de boeken die hem troost bieden. Van zijn opa leert hij postduiven houden – vogels die altijd terugkeren, hoe ver en lang de reis ook is. Als Loris dertig is, werkt hij bij een uitgeverij, maar zijn contracten zijn steeds tijdelijk. De druk om volwassen te worden begint steeds zwaarder op hem te wegen. Hij leeft in de voortdurende angst dat hij ziek is. Medici verzekeren hem dat hem niets mankeert, en zijn kordate vriendin Jo begint haar geduld met hem te verliezen. Loris trekt zich steeds meer terug in zichzelf. Bij de afdaling in zijn ziel vindt hij twee bondgenoten: sociale media en de mysterieuze figuur Catastrofe. Soms neemt Catastrofe de vorm aan van een kat, soms die van een wolf, en soms die van Anna Karenina, die haar arm om hem heen slaat als hij het moeilijk heeft. Met De symptomen schreef Giulia Caminito een roman over haar generatie, over angst en isolement, de betoverende kracht van verbeelding en de zoektocht naar een plek waarnaar we altijd kunnen terugkeren, als een postduif.