Albert Willem van Renterghem (1845-1939) begon zijn carrière als scheepsarts; later werd hij arts op het platteland van Zuid-Beveland, Zeeland. Toen hij in 1887 een bezoek bracht aan de grondlegger van de hypnose, doctor Ambroise Liébeault in Nancy, betekende dat een omwenteling in Van Renterghems leven. Na onderricht van zijn leermeester begon hij zijn patiënten te behandelen met hypnoseen suggestietherapie, en behaalde daarmee opzienbarende resultaten. In Zuid-Beveland werd hij de ‘Wonderdokter van Goes’ genoemd. Samen met Frederik van Eeden startte hij in 1887 een kliniek voor hypnose- en suggestietherapie in Amsterdam. Deze kliniek moest wegens succes regelmatig worden uitgebreid. In 1912 reisde Van Renterghem van Goes naar Duitsland en Oostenrijk voor een ontmoeting met Sigmund Freud en Carl Jung. Hij onderging een maandenlange leeranalyse bij Jung en verdiepte zich in de psychoanalyse. Vervolgens publiceerde Van Renterghem verschillende boeken hierover en vertaalde hij enkele werken van Freud. Hij wordt gezien als de man die de psychoanalyse in Nederland introduceerde. In 1924 besloot hij zijn levensverhaal op te schrijven. In september 2019 zal dit levensverhaal in samenstelling van Rinus Spruit verschijnen als De wonderdokter.